Opruimen
Dat ik soms ten onder dreig te gaan aan mijn eigen spullen, mag inmiddels wel bekend zijn aan iedereen die me ook maar een beetje kent. Ik hou van mooie dingen, ik kan ontzettend goed winkelen, ik kan best wel wat betalen, en als ik emoties niet omzet in eten zet ik ze om in aanschaffen. Die factoren in combinatie met het gegeven dat ik heel slecht dingen kan weggooien leiden er regelmatig toe dat ik rondkijk in mijn huis vol met dingen, geen idee heb waar ik moet beginnen met weggooien en maar gewoon op de bank televisie ga zitten kijken, terwijl ik op Pinterest foto’s verzamel van minimalistisch ingerichte huizen. Hoewel ik het vreselijk zou vinden om mijn zorgvuldig opgebouwde collectie materiële zaken te verliezen, is er iets in mij dat er een beetje naar verlangt gewoon helemaal opnieuw te beginnen, in een huis met niets erin, waar ik alleen het broodnodige in zou zetten. Dus toen ik las dat er een nieuwe opruimgoeroe was opgestaan, leek het me wel wat: ik hoefde alleen maar een boek te lezen en wat ik daaruit leerde toe te passen, en ik zou binnen no time van alle troep af zijn. Ik schafte ‘The life-changing magic of tidying up’ van Marie Kondo aan (op mijn ereader natuurlijk, anders zou ik weer een artikel het huis binnenbrengen, en dat is dus juist niet de bedoeling) en verdiepte me eens even stevig in de KonMari-methode.
Die methode is eigenlijk tamelijk eenvoudig. Kennelijk bestaan self-help boeken van deze categorie al snel uit een simpel uitgangspunt waar mensen een heel boek over schrijven en vervolgens stinkend rijk mee worden; de Pomodoro-techniek was ook al zo gruwelijk simpel. En ik maar betalen (ik ga ook zo’n boek schrijven, denk ik – nu nog even iets simpels verzinnen en dan cashen). Maar goed: het komt er in de KonMari-methode op neer dat je je bij al je spullen moet afvragen of je er blij van wordt (joy sparken is de technische term), en als dat niet zo is, moet je het gelijk weglazeren. Simpel, zou je denken. En dat is het ook. Maar ik liep al snel tegen wat problemen aan. Het grootste bezwaar is dat ik de regel ‘verzamel alles van een soort ding en ga dan per item na of het joy sparkt’ niet kan uitvoeren. Ik heb gewoon teveel spullen. Dus ik doe het wel per kastje, maar goed, ik heb zo wel een boel mokken weggegooid. Gisteren heb ik mijn klerenkast aan een eerste ronde KonMari blootgesteld, maar ook daar kon ik niet alle kleren uit de kast halen, want dan kan ik zelf de kamer niet meer in. Het werkte wel, want ik heb zes vuilniszakken met kleding afgevoerd, en er staan nog 3 zakken met kleren op de kast voor Te lui voor marktplaats. En dat is pas de eerste ronde, want ik moet nog lades kopen en mijn hele kast verbouwen. Dan gooi ik waarschijnlijk nog meer weg.
Een ander probleem is dat ik niet geloof dat ieder item joy kan sparken. Ik ben echt best wel tevreden over mijn ondergoed hoor, maar ik sta niet joelend bij het ladenblok over iedere slip die ik tegenkom. Panty’s acht ik functioneel – sterker nog, als iemand beweert dat haar joy gesparkt wordt door een zwarte maillot van 80 denier, bel ik de GGZ. En ik heb ook spullen die alleen in potentie joy sparken, zoals de jurk die ik nu nog niet pas, maar als vette dieetworst voor mijn neus hang – potentially joy sparking zit niet in het systeem van La Kondo, maar wel in het mijne. Maar het ergst vind ik dat ik van KonMari met mijn spullen moet praten. Zij praat met haar huis (als ze binnenkomt, begroet ze het even), en ze vindt ook dat je je spullen moet bedanken. Dus als je ’s avonds thuiskomt, haal je je tas leeg en doe je alles uit die tas in een la, althans, de vaste dingen, de rest berg je op. Dan ga je met je tas naar de kast, doe je hem in de kast, en bedank je hem voor de geleverde diensten (de hele dag je meuk vervoeren voor je, maar dan aardig geformuleerd). Als je nieuwe kleren koopt, verwelkom je ze in je garderobe. En dat gaat me dus allemaal een paar bruggen te ver. Ik ga niet, ik herhaal niet, met mijn tas praten. Al is het alleen al omdat ik het al moeilijk genoeg vind om dingen waar mijn relatie tamelijk eenvoudig vind (dus ik ben de baas van de tas en ik hoef geen gesprek met de tas) weg te flikkeren, laat staan dingen waarmee ik on speaking terms ben. Dus dat gaat niet gebeuren. De gedachte dat alles een plaats heeft in huis vind ik zeer rustgevend, maar ik heb in dat opzicht nog een lange weg te gaan. Ik ben in elk geval begonnen.